Collage Vrouwen Bouwen Wonen Congres Buiten Gewoon Veilig, VBWO69 / archiefmateriaal Rijkscollectie voor Nederlandse architectuur en stedenbouw / gemaakt door auteur

02 september 2025

Recht op de nacht, recht op de stad. Feministische ruimte tegen uitsluiting

Catherine Koekoek Leestijd: 4 minuten

Catherine Koekoek opende op 27 juni het tweede symposium Vrouwen in Architectuur, onderdeel van de Rotterdam Architectuur Maand 2025 en georganiseerd door AIR, Nieuwe Instituut en nai010 publishers. Deze tekst is gebaseerd op haar openingslezing.

Een brede feministische beweging eist deze zomer de nacht én de stad op. Ook in de ruimtelijke ontwerpwereld is er hernieuwde aandacht voor de veiligheid van vrouwen in stedenbouw en architectuur. Daarbij is het belangrijk dat we veiligheid door een brede feministische lens begrijpen, zodat vrouwvriendelijk ontwerp niet wordt gekaapt door een uitsluitende agenda.

Dit weekend eisten Dolle Mina’s door het hele land de nacht op. Van Deventer tot Maastricht en Rotterdam tot Groningen fietsten ze zaterdagnacht langs al die plekken die in het donker door zoveel vrouwen, queers en meisjes worden gemeden, uit angst voor seksueel geweld. De demonstraties vonden plaats als directe reactie op de moord op de zeventienjarige Lisa in Amsterdam waarbij het angstbeeld van die enge man in de bosjes gruwelijk bewaarheid werd. Vóór die moord waren er deze zomer al meerdere meiden lastiggevallen en bracht elke week nieuws van weer een geval van femicide. We kunnen er niet nóg een kwijtraken, om met de woorden van de Latijns-Amerikaanse feministische beweging Ni Una Menos te spreken: ‘elke femicide is er een te veel’.

De woede is groot en het nieuws beheerst de gesprekken op tv, Instagram, en ook op het terras van de bakker in het Drentse Havelte. Juist vanwege de breed gedragen boosheid is het belangrijk dat de Dolle Mina’s er vooralsnog in lijken te slagen om het onderwerp te begrijpen als onderdeel van een brede en inclusieve feministische strijd. In plaats van te wijzen naar een nauwe groep schuldigen (mannen, migranten, asielzoekers) en in te zetten op meer politie: strenger straffen en surveillance – een benadering die binnen het feminisme wel carceral feminism wordt genoemd, wat ik zou vertalen als opsluitingsfeminisme – kunnen manifestaties als Wij Eisen de Dag /Nacht op ervoor zorgen dat er iets verschuift in het collectieve bewustzijn. Ze manifesteren een alternatieve toekomst waarin het ondenkbaar is dat vrouwen op hun tellen moeten passen of waarin bewegingsruimte afhankelijk is van gender.

campagne Wij Eisen de Dag /Nacht op, foto door redactie Archined

Al sinds de jaren 80 zetten feministische onderzoekers, architecten en stedenbouwkundigen zich ervoor in dat het “Buiten Gewoon Veilig” is. Groepen als Vrouwen Bouwen Wonen zorgden ervoor dat veiligheid überhaupt wordt gezien als een ruimtelijke kwestie, en niet alleen als criminologisch, sociologisch of psychologisch vraagstuk. Ze ontwikkelden een indrukwekkende hoeveelheid kennis over sociale veiligheid, met onderzoeken, congressen, nota’s en adviezen aan gemeentes en politie. Hun voorstellen ter verbetering van de sociale veiligheid in de stad zijn nog steeds relevant.

In al dat archiefmateriaal is ook de spanning zichtbaar tussen het aanpakken van structurele ongelijkheden in de maatschappij, en het doen van concrete aanbevelingen die er meestal op neer komen de stad overzichtelijker te maken. Meer verlichting, minder enge nisjes, en meer ‘eyes on the street’. Ook toen werd al geconcludeerd dat die ruimtelijke voorstellen niet de oorzaken van de problemen aanpakken en dat versterkte surveillance bovendien negatieve effecten heeft. “Voorstellen ter verbetering van veiligheid zijn niet zo prettig. (…) Teveel kontrole (door de politie met honden) roept ook angstgevoelens op.” Of zoals de auteurs van het recente onderzoek Ruimte voor Meiden op Zuid constateren: hoewel meer toezicht veiligheidsgevoelens kan vergroten (met name als er serviceverleners zijn die je aan kunt spreken), is het ook belangrijk dat de publieke ruimte een plek blijft waar je je kunt onttrekken aan toezicht en kan experimenteren met wie je zou willen zijn.

De feministische beweging die nu stad en land, dag en nacht opeist, stelt radicaal dat iedereen het recht heeft op veiligheid én vrijheid; op ’s nachts dansen, experimenteren en onverantwoordelijk zijn en toch veilig thuiskomen, ongeacht waar je bent, wat je aanhebt, of dat het donker of licht is. Dat is bijzonder omdat zorgen over veiligheid de afgelopen decennia vooral succesvol worden gekanaliseerd door (radicaal)rechts.

In het radicaalrechtse draaiboek worden vrouwen vaak afgeschilderd als slachtoffers die moeten worden beschermd tegen ‘indringers’ van buitenaf. Of het nu gaat om asielzoekers, ‘agressieve jonge mannen in veel te dure auto’s’ of het ongefundeerde angstbeeld van transmensen die zouden binnendringen in vrouwenwc’s, deze veiligheidsagenda berust op een patriarchaal en racistisch narratief dat over de rug van vrouwen wordt gesponnen.

Verder lezen?

Lees het volledige artikel gratis op Archined.