Foto: Aad Hoogendoorn

08 september 2021

In gesprek met directeuren Boijmans van Beuningen over de renovatie

Catja Edens Leestijd: 12 minuten

We spraken met Sjarel Ex en Ina Klaassen, directeuren van Museum Boijmans Van Beuningen, over de omvangrijke renovatie naar ontwerp van Mecanoo.

Waar staat Boijmans Van Beuningen nu?

Sjarel Ex: ‘We zijn bezig met een fundamentele herdefinitie waarbij we de sterke kanten van het museum extra zuurstof geven. Dat is best een grote uitdaging op een plek in de stad die eigenlijk geen groei toelaat. Het betekent dat je het museum anders moet gaan organiseren en positioneren.

Aan de basis van de plannen voor deze verbouwing ligt de sterke formule van het museum. We hebben een collectie van internationale allure met een uitzonderlijke breedte: van middeleeuws tot hedendaags en van design tot schilderkunst. Dat biedt unieke mogelijkheden om het continuüm van de kunst te laten zien. Door bijvoorbeeld een Akkerman naast een Van Scorel te zetten, krijg je een uniek beeld dat nieuwe inzichten oplevert. Daarvoor heb je geen specialistische belangstelling of voorkennis nodig. Zo valt er, ook voor wie niet is ingevoerd, in het Boijmans veel te genieten. We houden het toegankelijk, geen bezoeker zal zich buitengesloten voelen.’

Ina Klaassen
De tentoonstellingen die we maken gaan over de relatie tussen het hier en nu, wat er in het verleden is gedaan en wat er in de toekomst zal gebeuren. Ze bieden context door de eeuwen heen. Je kunt de kunstgeschiedenis op allerlei manieren doorsnijden en telkens weer nieuwe verbanden leggen. Dat kan in Boijmans Van Beuningen en dat maakt dit museum zo bijzonder.

Sjarel Ex
Bij ons kun je door toeval en spelenderwijs in drie uur tot onvoorstelbare inzichten komen over hoe de kunst zich heeft ontwikkeld. Er zijn natuurlijk wel meer musea met gevarieerde collecties, maar die zijn vaak veel groter. Neem het Metropolitan, als je dat museum goed wil bekijken, dan heb je wel een week nodig.

Ook zie je dat collecties vaak worden opgeknipt op stilistische of technische gronden, zodat je aparte musea krijgt voor design, fotografie of Middeleeuwse kunst. In het Boijmans hebben we het allemaal bij elkaar gehouden en dat biedt allerlei interessante mogelijkheden. Kom je voor Bert Jan Pot, dan drink je daarna een kopje koffie tussen de mooiste Majolica van de Renaissance. En op die manier heb je echt iets meegemaakt.

Het spel is dat we je op basis van je belangstelling binnen halen en je dan allerlei extra’s bieden. Daarvoor werken we met veel wisselingen tussen periodes, stijlen en disciplines. Nadeel is dat je daarvoor wel af en toe ruimtes moet sluiten en meer tijd nodig hebt, maar daar kun je met de organisatie en de architectuur op in springen. En dat doen we nu dus ook met de renovatie.

 

Foto: Ossip van Duivenbode

 

Wat zijn jullie voorbeelden, welke musea vinden jullie interessant?

Sjarel Ex
Musea die organisch zijn ontwikkeld zitten vaak goed in hun vel. Een voorbeeld is Teylers Museum in Haarlem en heel mooi is ook het John Soane Museum in Londen, een architectuurmuseum met een persoonlijke collectie. Ook auteursmusea vind ik interessant. Zo’n museum is de plek waar een kunstenaar heeft gewerkt, waar hij geïnspireerd was en die rond de persoon is gegroeid.

Van Boijmans zou je kunnen zeggen dat het een spiegel is van Rotterdam. Het toeval heeft deze stad altijd uitgedaagd, bijvoorbeeld met het bombardement van WO II maar ook door de aanwezigheid van een fantastische ontdekkingsreiziger als Eli van Rijckevorsel. Ook belangrijk: Rotterdam heeft ambitie. Zo gaf de stad ooit de impressionistische schilder Signac de opdracht om dertien schilderijen te maken van de haven omdat de rosse buurten van Rotterdam nog veel mooier waren dan die in Parijs.

‘De zoektocht naar het ultieme museumgebouw is een judopartij die al sinds 1932 aan de gang is’ – Sjarel Ex

 

Ina Klaassen
Een museum is altijd een optelsom van allerlei soorten kennis en kunde. Zelf vind ik Louisiana in Hummlebeck in Denemarken fantastisch. Dat museum is een totaalervaring en volledig in harmonie met zijn omgeving. Je kunt er heerlijk ronddwalen maar het is ook weer niet te groot. En er is – niet onbelangrijk –een geweldig restaurant.

Ik kan me voorstellen dat jullie zulke kwaliteiten ook zoeken voor het nieuwe Boijmans Van Beuningen, een museum dat comfort biedt, qua omvang behapbaar is en klopt met zijn omgeving?

Sjarel Ex
Het gaat erom dat je werkt met de kwaliteiten die je hebt: de sterke kanten van de collectie die je verder ontwikkelt, het publiek dat je aanspreekt en de architectuur die dat ondersteunt. Als dat niet klopt met elkaar dan krijg je bijvoorbeeld een situatie als in de Alte Meistersammlung in Berlijn. Dat is de mooiste collectie van oude kunst in Europa, maar er komen jaarlijks krap 150.000 bezoekers. Het voelt daar altijd een beetje alsof je in een lockdown zit: de zalen zijn hoog en leeg en er is bijna niemand.

In Nederland hebben we jaarlijks 35 miljoen bezoekers in 430 musea. Alleen Finland heeft nog meer musea per hoofd van de bevolking dan wij! Toegankelijkheid is daarbij het sleutelwoord. In he Metropolitan krijg je het gevoel alsof je bijna van adel moet zijn om daar rond te mogen lopen. Wij willen dat iedereen zich welkom voelt: de kunstkenner, de toerist, de tiener.

Ina Klaassen
Met Boijmans Van Beuningen bevinden we ons nu in een transitperiode. De eerste stap was de realisatie van het Depot. Daarmee introduceren we een museale typologie waarin niet zozeer de kunst als onderdeel van de kunstgeschiedenis leidend is, maar het kunstwerk als object. Het Depot draait om het verzorgen en verzamelen van kunst. Daar kun je achter de schermen kijken en dat spreekt weer andere doelgroepen aan dan het publiek dat komt voor kunsthistorische en museale overzichten.

De tweede stap is de renovatie van het bestaande museumgebouw. Daar is de vraag hoe je een puur museale ervaring kunt door ontwikkelen naar het museum van de toekomst. Belangrijk was de constatering dat we de hedendaagse ontwikkelingen niet ten volle konden laten zien. Die kunst is vaak cross-mediaal en brengt nieuwe en onorthodoxe vormen van presentatie met zich mee die ook juist jongere doelgroepen aanspreken. Deel van de renovatie-opgave is het podium waarop we de kunst laten zien te transponeren naar de huidige en toekomstige tijd.

 

 

De renovatie zal in 2025/26 klaar zijn. Wat is dan jullie gedroomde publiek?

Sjarel Ex
Dat zijn de Rotterdammers en de bezoekers uit binnen- en buitenland die Rotterdam willen leren kennen. Daaronder zijn veel mensen die een band hebben met de beeldende kunst, maar ook mensen die gewoon een keertje met hun gezin naar het museum willen. Ook daarin zie je dus die variatie. Enerzijds voert het museum het gesprek met kunstenaars en ontwerpers en richt het zich op wetenschappelijke ontwikkeling door uitwisseling met wetenschappers wereldwijd. Anderzijds hebben we de wens om toegankelijk te zijn op het niveau van: ben je nieuwsgierig, kom dan maar, doe maar mee en stel je vraag.

Ina Klaassen
Boijmans Van Beuningen weerspiegelt per definitie wat de samenleving is en wat daarin leeft. Dan heb je het over onderwerpen als klimaatverandering, de ongelijkheid tussen arm en rijk, culturele verschillen in internationaal perspectief. Het draait altijd om verschil en overeenkomst, om datgene wat ons scheidt en datgene wat ons bindt. Kunst is waardevrij en niet politiek gestuurd en biedt ruimte voor de grote issues en een podium voor degenen die onvoldoende aan het woord komen of gezien worden. We werken aan een context en een infrastructuur die de ruimte biedt voor actualiteit en maatschappelijke betrokkenheid.

Daarbij speelt dat Boijmans Van Beuningen zich manifesteert als een internationaal museum, iets wat alleen mogelijk is met de draagkracht vanuit de Rotterdamse gemeenschap. De basis is dat het museum geliefd is bij de inwoners van Rotterdam. Dat is de legitimering om je internationale ambities vorm te kunnen geven.

Sjarel Ex
En daarvoor is dus ook een passende architectuur nodig.

Ina Klaassen
Voor de renovatie hebben we een Programma van Eisen opgesteld dat draait om die kenmerkende brede en internationale formule van het museum waar we het eerder over hadden.  En daarbinnen willen we juist de hedendaagse kunst ook beter de ruimte bieden.  Daarnaast spelen er allerlei andere zaken. Zo willen we graag gastvrij zijn: niet de uitstraling van een burcht of fort hebben zoals het oude Boijmans maar een plek zijn die de bezoeker met open armen ontvangt. Daarvoor is de verbinding met de stad, de straat en het park belangrijk. We willen samen met de collega-instelllingen aan het park ook de ervaring van het museumpark meer inhoud geven.

Sjarel Ex
De plannen van Mecanoo bevatten een publieke route die dwars door het gebouw die ook langs de nieuwe zaal voor hedendaagse kunst voert. Daar lopen de publieke ruimte en museale ruimte in elkaar over, net zoals bij de museumstraat in het Amsterdam Museum (voorheen Amsterdams Historisch Museum). Dat voelt heel organisch maar heeft natuurlijk wel allerlei technologische consequenties. Dan kom je op vragen als: hoe definiëren we over vijf of zes jaar de ruimte voor en achter de kassa? En hoe vertaal je dat in een gebouw dat stad en park verbindt terwijl je tegelijkertijd veiligheid en inkomsten zeker wilt blijven stellen? Dat zit hem waarschijnlijk in systemen, en meer specifiek in betaalsystemen. We willen inspelen op de wensen en het gedrag van mensen en werken met meer ingangen en meer soorten kaartjes.

Ina Klaassen
Vier keer een kort museumbezoek in plaats van één keer urenlang ronddwalen, kan een topervaring bieden. We merken ook dat er op dat punt een verschil is in publieksgroepen. Jongeren kijken heel anders naar value for money dan mensen van zestig plus. Nu kun je in veel musea al verschillende soorten kaartjes kopen. Dan is er bijvoorbeeld naast het gewone kaartje een speciaal kaartje voor een blockbuster tentoonstelling. Ook zie je dat bepaalde ruimtes van musea vrij toegankelijk zijn. Wij willen straks nog verder gaan, maar die fijnmazigheid in ticketing die wij zoeken, daar zijn nog geen voorbeelden van. We moeten dus iets bedenken wat nog niet bestaat, iets wat aansluit bij de realiteit van de toekomst.

Sjarel Ex
Als er één instituut is dat zichzelf kan gaan haten om alles wat er níet kan, dan is het wel een museum. Het is veilig, air-conditioned, op temperatuur en vrij van alles…maar daarmee kun je er ook meteen niets meer. Een voorbeeld is de kunstenaar Rafael Hefti die in het Boijmans aluminium wilde komen gieten want dat geeft enorm veel mooie vormen. Daarvoor was een gootje nodig van een meter of tachtig via de stoep naar buiten. We hebben er drie maanden over gedaan om dat voor elkaar te krijgen, en daarna moeten constateren dat het niet lukte. En weet je wat hieruit voortkwam? Dat we tegen onszelf zeiden: laten we nu alsjeblieft eens een zaal maken die protocol-arm is. Dan gaat het er niet alleen over dat je er geen kaartje voor hoeft te kopen, maar ook dat je erbij kunt, dat je het onder water kunt zetten dat je er dingen op allerlei manieren kunt ophangen.

 

 

Jullie hebben straks het Depot en het vernieuwde museum, hoe gaan die twee gebouwen zich tot elkaar verhouden?

Sjarel Ex
Wij zien het Depot als het standbeen en het museum als het speelbeen. In het Depot kan de bezoeker straks kijken, voelen en ervaren. Daar krijg je een kijkje in de keuken en kun je je verwonderen – of ergeren– over alles wat bewaard wordt. In het museum wordt straks  getoverd. Daar kun je gaan zien hoe die voorwerpen uit het Depot een rol gaan spelen in een groter geheel, dat ze samen een verhaal vertellen.

Ina Klaassen
Van de twee gebouwen is het Depot de eye-catcher, het icoon. Dat was ook de opdracht. Het museum moest dus geen icoon worden, want dat kregen we al. De gebouwen zijn dus niet competitief en van een heel andere orde en kwaliteit. Het zijn twee entiteiten, twee vormen van dezelfde instelling die straks ook zelfstandig te bezoeken zijn.

Sjarel Ex
Interessant is dat het Depot overal wordt gekenschetst als een nieuwe typologie in de museumwereld. Maar eigenlijk is het een negentiende-eeuws verzamelaarsmuseum in een 21eeeuws jasje. Het museumgebouw daarentegen, wordt juist als compleet verouderd gezien terwijl het de meest hedendaagse ontwikkelingen in zijn architectuur toelaat.  Het is een boeiende verwarring die daar ontstaat.

Ina Klaassen
Binnenkort wordt het voorlopig ontwerp van Mecanoo naar buiten gebracht. Dan kunnen we met het publiek gaan delen waarom nu juist het ontwerp van Mecanoo zo goed past bij alles wat we willen en van plan zijn met het museum.

Sjarel Ex
Het lijkt me trouwens ook interessant om de visies te delen die het niet zijn geworden. Daar zit veel waardevols in. Je moet je realiseren dat de zoektocht naar het ideale museumgebouw voor Boijmans Van Beuningen een judopartij is die al sinds 1935 aan de gang is. Alleen al uit de periode tussen 1935 en 1972 zijn er twintig ontwerpen voor het museum bekend die het niet zijn geworden. Ook dat is een interessant verhaal, de zoektocht naar een gebouw dat zowel het publiek als de kunst optimaal de ruimte biedt.

Koop nu je tickets voor Depot Boijmans van Beuningen via deze link.

 

Gerelateerd